Dit bericht is ook beschikbaar in: English (Engels)
We hoppen van het hippe en moderne Californië tot de klassieke Franse en Spaanse wijngebieden zoals de Rhône en Jerez. Van de ‘nieuwe’ tot de ‘oude’ wijnwereld dus. Maar wat betekent dat eigenlijk? Welke landen horen daarbij en wat is het verschil? We vragen het de experts.
Tekst: Petri Houweling | Met dank aan Udo Göebel en Bernard Nauta
Volgens de wijnkenners bestaat de wijnwereld uit twee delen: de Oude en de Nieuwe Wereld. De globale scheiding tussen deze twee werelden is vooral historisch en geografisch. De Oude Wereld bevindt zich in Europa op het noordelijke halfrond en de Nieuwe Wereld is voornamelijk te vinden op het zuidelijk halfrond.
Daarnaast heb je het historische oogpunt, in het klassieke Europa bestaat wijnbouw al sinds de oudheid. Tenminste, als we de archeologische vondsten mogen geloven. Die suggereren namelijk dat wijnbouw al in de Minoïsche beschaving (ongeveer 2700-1100 v.Chr.) plaatsvond. In de Nieuwe Wereld start dit pas in de 18e eeuw. Inmiddels leven we in 2024, en de scheiding tussen de twee werelden is niet meer zo duidelijk als vroeger. Sterker nog, beide werelden zien de positieve kanten van elkaars werkwijzen en beïnvloeden elkaar. Op het zuidelijk halfrond onderkennen ze steeds meer de kracht van terroir, van herkomst en identiteit, en passen die zelf ook toe. Tegelijkertijd wordt de Oude Wereld steeds meer geïnspireerd door de flexibiliteit en vernieuwing van de Nieuwe Wereld. Dit speelt op de vlakken wijnbouw, vinificatie en marketing. Maar eerst een stukje historie.
De belangrijkste Oude-Wereldwijnlanden zijn Frankrijk, Spanje, Italië, Duitsland, Oostenrijk, Luxemburg, Hongarije, Griekenland en de Balkanlanden.
De belangrijkste Nieuwe-Wereldlanden zijn Zuid-Afrika, Noord-Amerika met Californië, Washington & Oregon, Zuid-Amerika met Chili en Argentinië, Australië, Nieuw-Zeeland, en China.
DE VERSCHUIVING NAAR DE NIEUWE WERELD
Religie, de druifluis of de wens voor een beter bestaan waren de drijfveren om in onbekende oorden wijnranken aan te planten. Vooral religie en wijnbouw zijn historisch nauw met elkaar verweven. Christelijke missionarissen, die het geloof wilden verspreiden, hebben ook buiten Europa een belangrijke rol gespeeld bij de introductie van wijnbouw. Wijn was nodig voor de rituelen, want die symboliseert het bloed van Christus. Dit leidde tot de aanplant van wijngaarden door geestelijken om hun eigen, sacramentele wijn te produceren. Een mooi voorbeeld is de Mission Grape in Californië, een direct resultaat van de activiteiten van Spaanse missionarissen. Zij introduceerden hun wijnstokken in Zuid-Amerika en Californië. De geestelijken namen niet alleen hun druiven mee, ook de verspreiding en ontwikkeling van wijnbouwtechnieken zijn bijdragen van religieuze instellingen.
De druifluisplaag is een andere oorzaak van hoe de wijnindustrie voet aan wal kreeg aan de andere kant van de wereld. Dit druifluisje verwoestte in de late 19e eeuw een groot deel van de wijngaarden in Europa. Het duurde een hele lange tijd voordat men een oplossing vond. Getroffen wijnboeren pakten ondertussen hun boeltje bij elkaar om overzees een nieuw en beter bestaan op te bouwen na de ravage die ontstond in de Europese wijnbouw.
Religie en wijnbouw zijn historisch nauw met elkaar verweven
Verder lezen? Dat kan in WINELIFE Magazine editie 91. Deze bestel je hier.
Wil jij geen enkele editie missen? Abonneer je dan nu op WINELIFE Magazine!
Wil je op de hoogte blijven van de leukste artikelen? Volg WINELIFE magazine op Instagram, Facebook en meld je aan voor onze tweewekelijkse nieuwsbrief.
Het bericht Het beste van drie wijnwerelden verscheen eerst op Winelife.