Dit bericht is ook beschikbaar in: English (Engels)
Estimated reading time: 9 minuten
Super Tuscans zijn vrijwillig tot tafelwijn gedeclasseerde Italiaanse rode wijnen van topkwaliteit; uit Chianti, Toscane. Wijnproducenten willen namelijk niet voldoen aan de verplichtingen van de kwaliteitslabels DOC en DOCG. En dat hebben ze ook niet nodig.
Met het Decreto n. 930 lanceert de Italiaanse overheid in 1963, naar Frans voorbeeld, een nieuw classificatiesysteem voor wijn. De hoogste klasse is de DOCG (Denominazione di Origine Controllata e Garantita) en daaronder de DOC (Denominazione di Origine Controllata). Voor rode DOCG-wijn uit Toscane is een voorwaarde dat de wijn voor minimaal 80% gemaakt is van Sangiovese; de belangrijkste druif uit de regio. Voor rode DOC-wijnen is dat 70%.
Pas als een wijnboer na een aantal jaren voldoet aan de strenge eisen krijgt hij op basis van continu hoge kwaliteit en bewezen reputatie het felbegeerde kwaliteitsstempel DOC.
Leuk weetje: het classificatiesysteem is niet bedacht voor de consument, maar vooral voor de wijnboer. Het is namelijk dé manier om false concurrentie tegen te gaan. Dat het tegenwoordig de consument enige garantie geeft over de kwaliteit van de wijn, is mooi meegenomen.
Van topwijn naar tafelwijn
De grote wijnhuizen maken al voor 1963 topwijnen van Sangiovese, een inheemse druif. Maar omdat de wijnwereld in die tijd vooral qua stijl wordt gedomineerd door de Fransen, besluiten de eigenzinnige topproducenten op zoek te gaan naar nieuwe wijnbouw- en vinificatiemethoden. Meer passend bij de behoefte van de consument.
Ze planten de Franse druiven Cabernet Sauvignon en Merlot aan en vullen Sangiovese aan met die typische Bordeaux-blend. De wijnen rijpen vervolgens op Franse eikenhouten vaten in plaats van de gebruikelijke en later verplichte vaten van Slavonisch eikenhout.
Gereputeerde wijnhuizen mogen dus niet meer de het DOC of het DOCG-label gebruiken en declasseren daarom hun beste wijnen tot Vino da Tavola. Marchese Piero Antinori brengt als eerst zijn Tignanello 1971 als Vino da Tavola della Toscana op de markt, gemaakt van Sangiovese (80%), Cabernet Sauvignon (15%) en Cabernet Franc (5%). De Tignanello 1970 is nog een Chianti Classico DOC van 100% Sangiovese.
Super Tuscans – by Robert Parker
Terugkijkend is dit het moment van de Revolutie: het ontstaan van de Super Tuscans, Italiaanse topkwaliteit. Geboren uit verzet, gerijpt tot legende. De Toscaanse rebellen schudden de wijnwereld wakker met hun gedurfde blends en compromisloze kwaliteit. Van ’tafelwijn’ tot cultstatus – je proeft de opstand in elk glas.
De volle, krachtige en houtgerijpte topwijnen, nu Vino da Tavola, komen al snel onder de aandacht van de Amerikaanse advocaat en wijnschrijver – The Wine Advocate – Robert Parker. Waarschijnlijk is hij de eerste met de term Super Tuscans. Maar volgens James Suckling kan de naam ook door wijnschrijver Burton Anderson of door Master of Wine David Gleave zijn bedacht (Dat kan natuurlijk ook de kif zijn, Parker en Suckling zijn immers geduchte concurrenten). Hoe het ook zij, tot op de dag van vandaag zijn de Super Tuscans zo ongeveer het beste wat Italië aan wijn voortbrengt.
Antwoord op de rebellie
De Italiaanse overheid is niet gelukkig met het succes van de Super Tuscans die als Vino da Tavola op de markt worden gebracht. Als antwoord op de beweging voert zij in 1995 de classificatie IGT–Toscana Rosso in. Wat overigens in lijn is met de Europese kwaliteitsindeling. Maar er is voor de producenten van Super Tuscans, als een vanuit een soort rebellie, geen weg meer terug naar de DOC of DOCG-status. Vooruit, ze brengen hun wijnen onder in de nieuwe IGT-categorie, maar daar blijft het bij.
Zo kunnen ze wijnen naar eigen inzicht blijven maken zonder bijvoorbeeld de verplichte (70%) Sangiovese voor Chianti. In de Disciplinare di produzione – Toscano o Toscana staan in de bijlage maar liefst 87 druiven beschreven die de wijnboer mag gebruiken om een IGT-Toscane te maken. Waaronder natuurlijk de blauwe Cabernet Sauvignon, Cabernet Franc, Gamay, Malbec, Merlot, Pinot Noir en Syrah.
Classificatiesysteem Italië
Ieder wijnland in Europa heeft zich te houden aan de Europese wijnwetten. Maar ieder Europees land is echter ook vrij om binnen de Europese regels een eigen classificatie te voeren. Italië kent vier classificaties voor wijn, waarvan DOC en DOCG samen binnen de Europese BOB – Beschermde Oorsprongsbenaming – vallen:
- Denominazione di Origine Controllata e Garantita (DOCG) – de hoogste klasse in het systeem. DOCG-wijnen hebben een extra garantita door de Italiaanse overheid. De wijnen zijn van uitzonderlijke kwaliteit
- Denominazione di Origine Controllata (DOC) – elke DOC heeft eigen regels over toegestane druivenrassen, maximale oogstopbrengsten, rijping, alcoholgehalte, enzovoort
- Indicazione Geografica Tipica (IGT) – de wijnen komen uit het gebied wat op het etiket vermeld staat
- Vino (da Tavola) – de druiven en de wijnen mogen uit heel Italië komen
Wetgeving door de jaren
1963
In 1963 voert Italië een lookalike van het Franse AOC-systeem in, de beschermde herkomstbenaming. Het classificatiesysteem is bedoeld voor kwaliteitsbewaking en om de typiciteit en authenticiteit van de wijnen te beschermen. Wijnboeren krijgen te maken met strenge regels voor toegestane druivenrassen, maximale opbrengsten per hectare, het houtgebruik, alcoholpercentage, etc. Wijnen die aan die regels voldoen, krijgen de DOC of de DOCG-status.
1984
In 1984 krijgt de regio Chianti de DOCG status. De toekenning is een belangrijke mijlpaal in de geschiedenis van Chianti-wijnen. Het bevestigt de kwaliteit en reputatie van deze wijnen en versterkt daardoor zowel de nationale als de internationale positie op de wijnmarkt.
Om in Chianti voor een DOC en DOCG-status in aanmerking te komen, is een van de vereisten dat de wijn voor het grootste gedeelte van Sangiovese gemaakt is – respectievelijk minimaal 70 en 80%. De wijnen mogen voor de rest worden aangevuld met inheemse druiven Canaiolo, Trebbiano en Malvasia.
Sangiovese is trouwens een druif met 100% Italiaanse wortels. Het is een kruising tussen Ciliegiolo uit Toscane en Calabrese di Montenuovo uit de buurt van Napels. Het lijkt wat protectionistisch, maar Italianen zijn dol op hun inheemse druiven omdat ze zo goed de typiciteit van de omgeving – het terroir – weergeven. En er is geen ander land met zoveel autochtone druiven; ruim 650.
1992
Pas in 1992 wordt de IGT-kwaliteit voor heel Italië ingevoerd. Een categorie onder de DOCG en de DOC waar de Super Tuscans zich tegenwoordig prima thuis voelen. Ze voeren dit kwaliteitslabel, de IGT Toscana Rosso, met trots als een Geuzennaam.
1996
Chianti Classico, de hogere kwaliteit van Chianti, is in 1996 erkend als een aparte DOCG, los van de generieke Chianti DOCG. Dit onderstreept de unieke kenmerken en hogere kwaliteitseisen van de Classico-zone. Het verschil met een ‘gewone’ Chianti is dat de Classico een langere verplichte houtrijping en een hoger alcoholpercentage heeft. Ook is de regio van herkomst kleiner. Chianti Classico’s zijn herkenbaar aan het symbool van de Gallo Nero, de zwarte haan.
2014
Met de laatste wetswijziging van 2014 is voor de DOCG Chianti Classico vastgesteld dat de wijn voor 80 tot 100% gemaakt moet zijn van Sangiovese. De wijngaarden mogen niet hoger liggen dan 700 meter boven zeeniveau en de bodem moet bestaan uit voornamelijk zandsteensubstraten, mergelkalksteen, kleiachtige schalie, zand en kiezels. Het minimum alcoholpercentage is 12,0%(voor de Riserva zelfs 12,5%). En maximaal 4,0 gram per liter restsuiker en minimaal 4,5 gram per liter aan zuren. Dit garandeert min of meer een frisse rode wijn; uitstekend passen bij de Italiaanse gastronomie.
Ontwikkelingen
Klimaat
Je zou verwachten dat de gearriveerde wijnmakers van Super Tuscans tevreden zijn met hun Italiaanse ’tafelwijnen’ van topkwaliteit en ze tegen Grand Cru-prijzen te kunnen verkopen, en daarom niet meer innoveren. Dat zal soms ook wel zo zijn, maar bij veel wijnhuizen is inmiddels een generatiewisseling geweest. Jonge hoog opgeleide wijnboeren, en steeds meer -boerinnen, staan klaar om de confrontatie met de klimaatverandering aan te gaan. Hun aanpassingsvermogen is gelukkig groot waardoor ze opgewassen zijn tegen een onzekere klimaattoekomst. Ze herintroduceerden al ‘nieuwe’ druivenrassen, zoals de inheemse rassen als Ciliegiolo of Colorino. En druiven die goed bestand zijn tegen warmte en droogte zoals de Franse Petit Verdot of de Portugese Touriga National. Het zijn weliswaar vaak kleine hoeveelheden die ze aan een blend toevoegen – minder dan 5%, maar het reflecteert de rebellie van weleer en een duidelijke visie op de toekomst.
Witte Super Tuscans
Nog een ontwikkeling die past in de Super Tuscan-beweging, maar meer ingegeven door de wensen van de consument, is het maken van witte Super Tuscans. Technisch gezien is het geen Super Tuscan, maar de witte Cervaro della Sala uit Umbrië van de Toscaanse familie Antinori wordt wel vaak beschouwd als een ‘witte Super Tuscan’ vanwege de stijl en reputatie. Het is een blend van Chardonnay en Grechetto. Qua verkoopprijs van deze IGT-wijn klopt het in ieder geval wel: voor minder dan € 100 zijn ze niet te koop. Nog een mooi voorbeeld is wijnhuis Tua Rita, momenteel behorende bij de top van de Super Tuscans. Zij maken ook een witte IGT-wijn, de Lodano bianco gemaakt van Traminer, Riesling en Chardonnay (VKP € 30 +).
Tegenbeweging
Is het dan alleen maar Super Tuscans wat de klok slaat? Dat valt wel mee, want er komen steeds meer wijnboeren die wijnen maken van 100% Sangiovese, van één druivenras. Ze doen dat om de pure expressie van de druif en het terroir te laten proeven. Iconisch is de Cepparello van Isole e Olena. Dat is een van de meest gerenommeerde 100% Sangiovese-wijnen. Hoewel het technisch gezien een IGT-Toscana is, wordt het vaak beschouwd als een Super Tuscan vanwege zijn kwaliteit en reputatie (VKP € 100 +).
Overzicht oogstjaren
Wine Spactator heeft een overzicht van de oogstjaren van Chianti en Chianti Classico van 1997 tot en met 2021. Kijk voor meer info op Vintage Charts. Daarnaast heeft Wine Spectator een oogstjarenoverzicht van de Bolgheri DOC en Maremma DOC , met onder meer proefnotities van de grote wijnen van Ornellaia, Tenuta San Guido en Antinori (betaalmuur).
Jancis Robinson gaat in de beschrijving van de oogstjaren voor Toscane helemaal terug tot 1985. Ze beschrijft alleen de weersomstandigheden en geeft geen beoordeling van de kwaliteit van het oogstjaar.